"Een vervelende casus, maar een leerzaam proces"

Naast het dumpen van vaten met synthetisch drugsafval duikt een betrekkelijk nieuw fenomeen op: ‘onzichtbare’ lozingen in mestkelders of op het riool. Ze brengen veel schade met zich mee, zorgen voor maatschappelijke onrust en zijn complexer om adequaat op te reageren. “Een majeure uitdaging”, aldus burgemeester De Hoon-Veelenturf van Baarle-Nassau. Haar gemeente kreeg er recent mee te maken. Een vervelende casus, maar een leerzaam proces.

Burgemeester De Hoon-Veelenturf pleit keer op keer vooral voor maximale inzet om drugscriminaliteit een halt toe te roepen en zo dumpingen en lozingen te voorkomen, “maar als het gebeurt, heb je er nu eenmaal mee te dealen.” En snelheid is dan belangrijk. Als door lozingen op het riool de waterzuivering ontregeld raakt, brengt dat niet alleen risico’s voor het milieu met zich mee, maar heeft dit tevens ongewenste effecten voor alle huishoudens in het specifieke verzorgingsgebied. Toilet en douche die mogelijk niet gebruikt kunnen worden. Het zijn neveneffecten die het dagelijks leven ontregelen.

“Of je nu een grote of een klein gemeente bent, dergelijke lozingen hebben een grote impact. Het is daarom van belang zo snel mogelijk de bron te lokaliseren, te isoleren en te elimineren. Maar in de operationele processen is dat een stuk complexer dan bij de dumping van vaten. Een stevige coördinatie in die processen is van groot belang.”

Kritisch kijken

Met de afhandeling van lozingen in riool of mestkelders is relatief nog weinig ervaring opgedaan en ze stellen menigeen voor lastige vragen. Dat bleek toen in december 2016 de klachtendienst van de OMWB voor het eerst in actie kwam na stankklachten en stuitte op drugsafval in een mestkelder. Nadat de bron was gelokaliseerd, ontbrak het volgens de burgemeester en haar adviseur openbare orde en veiligheid, Ruud van den Bosch, vooral aan coördinatie. En dat kwam de snelheid van het proces volgens de – naar eigen zeggen ongeduldige – burgemeester niet ten goede. “Het voorval veroorzaakt onrust en overlast voor de omwonenden, dan wil ik snel kunnen handelen, niet puzzelen of zelf om relevante aanvullende informatie moeten vragen waarvan de expertise bij de OMWB hoort te liggen. Elke dag dat zo’n situatie duurt, is er een te veel. De OMWB is voor ons in zulke zaken het eerste aanspreekpunt. Ik verwacht van de dienst ook adviezen vanuit een coördinerende rol. Bij de eerste dumping hebben we bijvoorbeeld zelf het inschakelen van andere relevante instanties moeten initiëren.” Maar ze voegt aan het kritiekpunt toe dat ze de professionaliteit van de dienst waardeert om kritisch naar het eigen werk te durven kijken. Gemeente en OMWB kropen dan ook bij elkaar om een processchema op te stellen voor als een soortgelijke situatie zich nogmaals zou voordoen.

 

image
Verontreinigde mest is over een maisakker uitgereden (foto betreft niet de casus in Baarle-Nassau uit dit artikel)

Een vlotte herhaling

De inkt van die afspraken was amper opgedroogd of opnieuw, in dezelfde mestkelder, bleek er sprake van drugsafval. Daarbij verliep alles een stuk vlotter, met name door de aanstelling van een casemanager aan de zijde van de OMWB. Ruud van den Bosch: “Wie schakelen we in? Welke weg moet je daarvoor bewandelen? Hoe regelen we een gecontroleerde afvoer? Het verliep de tweede keer echt veel vlotter, iedereen stond gelijk in de juiste positie.”

De communicatie met de omwonenden via de casemanager verliep voortreffelijk, blikt de burgemeester tevreden terug. “Hij (Mark Léautaud) was continu beschikbaar om informatie te geven, vragen te beantwoorden, handelingsperspectief te bieden. De omwonenden voelden zich gehoord en niet aan hun lot overgelaten.” En ook de juridische ondersteuning bij het toepassen van bestuursdwang verliep “heel plezierig”. En was nodig, “want dit maken we ook niet elke dag mee.”

“We hebben er met man en macht aan de normalisering van de situatie gewerkt en uiteindelijk zijn we daar dankzij de intensieve samenwerking ook prima in geslaagd. Met die ervaring en de lessen die we uit deze casus kunnen trekken, moeten we voor de toekomst ons voordeel doen.”

Expertise goed beleggen

Gemeente en OMWB hebben van de recente dumpingen geleerd. Maar de zoektocht naar een snelle en efficiënte wijze van handelen is nog maar net begonnen. Burgemeester De Hoon-Veelenturf daarover: “We moeten de aanpak van de saneringen van dumpingen en lozingen in de regio en de provincie breder oppakken, samen optrekken, de kennis, kunde en ervaringen delen met het doel zo snel mogelijk het beste handelingsperspectief op tafel te leggen. Die zoektocht moeten we samen doen. Ook de GGD en de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit dienen hierbij betrokken te worden. Want ook voor hen is het relatief nieuw. We moeten de expertise die er reeds is goed benutten. En er dient aandacht te zijn voor continuïteit in de ondersteuning bij dit soort calamiteiten. Het kan niet dat ik, bijvoorbeeld, met handelen moet wachten tot maandag omdat de kennishouder bij de OMWB er op vrijdag niet is.”

Ze ziet dan ook wel iets in het idee dat bij de OMWB leeft voor een vast interventieteam synthetisch drugsafval. “Dat zou een hele wezenlijke en zinvolle bijdrage kunnen leveren. Immers, het is echt een utopie om te denken dat het bij deze gevallen zal blijven. We zullen er in de toekomst vaker mee geconfronteerd worden. Maar trek daarbij ook op met de andere omgevingsdiensten in Brabant. Zorg dat je verbindt.”

Ruud van Bosch: “Ik heb behoefte aan die specifieke ondersteuning in het veld. Maar zo’n team moet ook inzetten op harde afspraken met andere betrokken instanties om voldoende capaciteit in mensen en middelen te garanderen. Bijvoorbeeld voor het analyseren van monsters. De benodigde inzet moet je claimen, en gezamenlijk kun je dat veel krachtiger.”

Veranderende vraag

De vraag aan de OMWB verandert, realiseren de burgmeester en haar adviseur zich. 24 uur per dag ondersteuning kunnen krijgen, bijvoorbeeld. Niet zoals bij een vermeende hoge uitstoot van een bedrijf ‘morgen wel’ eens komen meten. Bij dumpingen en lozingen is onmiddellijke actie vereist. Maar Ruud van den Bosch ziet ook graag dat toezichthouders ‘meer met andere ogen’ kijken tijdens reguliere controles. “We krijgen nog te weinig signalen van mogelijke criminaliteit of verdachte zaken, terwijl dat veel kan opleveren. Wil je effectief de beschikbare capaciteit inzetten, dan moet je informatiegestuurd toezicht houden.” En hij ziet graag nieuwe initiatieven van de OMWB, zoals het inzetten van e-noses bij opsporing van drugsgerelateerde lozingen.

Iedereen moet over de eigen grenzen heen durven kijken, vindt de burgemeester. “Door expertise maar ook bevoegdheden bij elkaar te brengen, kun je als overheid ook veel beter een vuist maken. Laten we vooral niet op eilandjes blijven zitten, maar verbinden. Om de strijd tegen de drugscriminaliteit te kunnen winnen, moeten we in het grijze gebied van ‘waar ben je wel of niet van’ continu de dialoog blijven voeren. We moeten alles benutten, ook de mogelijkheden die de OMWB heeft. In de aanpak van de sanering van dumpingen en lozingen moet de OMWB het voortouw in nemen, maar we zijn er uiteindelijk samen verantwoordelijk voor.