Hergebruik PFAS-houdende grond en baggerspecie

Op 8 juli 2019 heeft de staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat (I&W) het ‘Tijdelijk handelingskader voor hergebruik van PFAS-houdende grond en baggerspecie’ aangeboden aan de voorzitter van de Tweede Kamer.

Dit naar aanleiding van de stagnatie in het grond- en baggerverzet die is ontstaan nadat PFAS diffuus in de Nederlandse (water)bodem is aangetoond. Het tijdelijk handelingskader beoogt de stagnatie daar waar mogelijk op te heffen. Hiermee hebben de omgevingsdiensten een formeel toetsingskader voor het omgaan met PFAS-houdende grond en baggerspecie.

Door de vrijgave van het handelingskader is er bij de aannemerij en in de advieswereld onduidelijkheid ontstaan over de praktische invulling van het tijdelijk handelingskader zoals omschreven in de ministeriële brief. Daarom informeren wij u namens de drie Brabantse Omgevingsdiensten (ODBN, OMWB, ODZOB) middels dit bericht verder over de consequenties hiervan.

Besluit bodemkwaliteit en PFAS

Gemeenten zijn (veelal) het bevoegd gezag in het kader van het Besluit bodemkwaliteit (Bbk) en geven, al dan niet in regioverband, invulling aan specifiek lokaal beleid voor grondverzet. Dit specifieke beleid is bijna altijd gebaseerd op het standaard NEN-pakket; PFAS is hier geen onderdeel van. Echter, PFAS vormt wel een potentieel milieurisico bij grondverzet. Het definitieve handelingskader wordt op zijn vroegst verwacht medio 2020. Tot die tijd geldt het tijdelijke handelingskader. Daarom is het noodzakelijk om in de periode tot het vaststellen van PFAS-beleid in Brabant het tijdelijk handelingskader praktisch toe te lichten voor gebruik door derden. De Brabantse omgevingsdiensten werken nauw samen om het tijdelijke handelingskader een regionale invulling te geven.

Hantering van het tijdelijk handelingskader PFAS door de Brabantse omgevingsdiensten

(M.u.v. gemeente Eindhoven en gemeente Helmond) Voor het toepassen van het handelingskader bij het grondverzet geldt het volgende:

=>Periode tussen 8 juli 2019 en 1 oktober 2019
Bij toepassing van grond en baggerspecie in de periode tussen 8 juli 2019 en 1 oktober 2019 hoeven erkende kwaliteitsverklaringen met een datum tot en met 8 juli 2019 niet aangevuld te worden met PFAS onderzoek, tenzij het gaat om een onderzoekslocatie die vanuit de historie verdacht is als bronlocatie voor PFAS. Onder erkende kwaliteitsverklaringen vallen naast partijkeuringen ook bestuurlijk vastgestelde bodemkwaliteitskaarten, productcertificaten en fabrikant eigen verklaringen.

Onderzoek met een datum na 8 juli 2019 dient altijd aangevuld te zijn met PFAS-analyses.

=>Periode vanaf 1 oktober 2019
Bij toepassing van grond en baggerspecie in de periode vanaf 1 oktober 2019 dienen alle onderzoeken, ongeacht of deze zijn opgesteld voor of na 8 juli 2019, aangevuld te zijn met PFAS-analyses. Alle erkende kwaliteitsverklaringen dienen voorzien te zijn van aanvullend PFAS-onderzoek. Voor productcertificaten en fabrikant-eigen verklaringen geldt dat als zij uit een verdachte bodemlaag komen deze onderzocht moeten zijn door middel van een partijkeuring op PFAS. Let op: in sommige gebieden is onderzoek naar gen-x ook noodzakelijk.

Uitzondering hierop is als duidelijk aangetoond kan worden dat de partij grond afkomstig is van een ongeroerde bodem van beneden de 1 meter min maaiveld. Er wordt vanuit gegaan dat bij ongeroerde bodems beneden de 1 meter min maaiveld geen sprake is van een verdachte bodemlaag

Voor productcertificaten en fabrikant-eigen verklaringen is het noodzakelijk dat ondubbelzinnig duidelijk is dat de grond voor toepassing geen PFAS bevat, ook als de grond uit een onverdachte bodemlaag gewonnen is.

Gebruik van de bodemkwaliteitskaart

Voor het gebruik van de huidige bodemkwaliteitskaart geldt het volgende:

=>Tot 1 oktober 2019:
De huidige bodemkwaliteitskaart (BKK) kan worden gebruikt voor grondverzet binnen gemeentegrenzen (bodembeheergebied) zonder aanvullend onderzoek op PFAS van vrijkomende partij en ontvangende bodem.

=>Na 1 oktober 2019 tot aan vaststelling geactualiseerde BKK met PFAS-data:

  • De huidige BKK kan niet worden gebruikt bij grondverzet als bewijsmiddel voor vrijkomende grond en voor ontvangende bodem.
  • In gebieden die – o.b.v. andere parameters dan PFAS – reeds zijn ingedeeld in de bodemkwaliteitsklasse (o.b.v. huidige BKK) én (niet of) de bodemfunctieklasse Wonen of Industrie: toetsing van de ontvangende bodem en standstill toets is niet nodig, als de toe te passen partij voldoet aan de toepassingsnorm voor Wonen of Industrie (voorlopige norm 3-7-3 ug/kg ds). In overige gevallen is toets van de ontvangende bodem nodig.
  • Een dubbele toets (een onderzoek naar de kwaliteit van de toe te passen grond en de kwaliteit van de ontvangende bodem) is noodzakelijk als op de ontgravingskaart, de kwaliteitsklasse Landbouw en natuur (AW2000) is aangegeven.
  • De dubbele toets is niet noodzakelijk als op de ontgravingskaart, de kwaliteitsklassen Wonen en Industrie zijn aangegeven en als de toe te passen grond onder de 3 (pfos), 7(pfoa), 3 (gen-x) of 3 (overige PFAS) allen in microgram per kilogram droge stof bedragen. Het bovenstaande geldt als er geen specifiek gemeentelijk beleid voor deze stoffen is vastgesteld.

=>Na vaststelling geactualiseerde BKK:
Om de bodemkwaliteitskaarten weer te kunnen gebruiken, dienen deze geactualiseerd te worden en dienen de PFAS ook te worden meegenomen. Het Brabantbrede onderzoek naar de achtergrondconcentraties van PFAS is daar een eerste aanzet voor.
Als de bodemkwaliteitkaarten uiteindelijk geactualiseerd zijn, verwachten we dat het niet meer noodzakelijk zal zijn om de kwaliteit van de ontvangende bodem te onderzoeken.

Vervolg

De Brabantse omgevingsdiensten werken intensief samen om dit theoretische handelingskader in de praktijk handen en voeten te geven. Daarom zijn de eerste stappen gezet voor het provinciebreed vaststellen van de achtergrondwaarden voor PFAS als aanvulling op de bodemkwaliteitskaarten.

Verder adviseren wij het volgende aan iedereen die te maken heeft met grondverzet:

  • Maak gebruik van een PFAS-analyse (en waar nodig aangevuld met gen-x) naast het standaard NEN-pakket.
  • Het handelingskader geldt alleen voor grondverzet. In het kader van een bestemmingswijziging en/of bouwen wordt de kwaliteit ter plaatse vastgesteld door middel van een verkennend bodemonderzoek conform de NEN-5740. Deze onderzoeken worden vaak gebruikt in combinatie met de vigerende bodemkwaliteitskaart voor grondverzet. Het is daarom verstandig om een PFAS-analyse naast het standaard NEN-pakket mee te nemen in het onderzoek.
  • Maak gebruik van de meest actuele versie van het analysepakket.
  • Het analysepakket PFAS dat minimaal gebruikt moet worden is continu in ontwikkeling. Het juiste analysepakket is en wordt gepubliceerd op de Bodemplus-pagina.
  • Let op: plan projecten tijdig in; door de beperkte analysecapaciteit kunnen er wachttijden bij laboratoria gaan ontstaan.

Via de websites van de drie Brabantse Omgevingsdiensten houden wij u op de hoogte van verdere onwikkelingen.
Omgevingsdienst Brabant Noord
Omgevingsdienst Midden West Brabant
Omgevingsdienst Zuidoost-Brabant

Nadere informatie en een FAQ-overzicht over het tijdelijke handelingskader is te vinden op de Bodemplus-pagina.

Voor vragen hierover kunt u terecht bij:
Omgevingsdienst Brabant Noord bodemloket@odbn.nl
Omgevingsdienst Midden West Brabant info@omwb.nl (o.v.v. PFAS)
Omgevingsdienst Zuid-Oost bbk@odzob.nl