Omgevingswet nadert: ‘De juiste mensen aan tafel, daar begint verandering’
De OMWB heeft Nitya Loos ingehuurd als projectleider voor onderdelen uit het ‘Omgevingswet-pakket’. De blik van ‘een externe’ blijkt waardevol in aanloop naar de inwerkingtreding van de nieuwe wet. “Als ik bij de ander urgentie voel, dan is dat het teken dat we stappen kunnen gaan zetten.”
Geef eens een inkijkje in jouw rol en jouw daginvulling.
“Mijn dagen zitten meestal behoorlijk vol. Ik gedij goed bij drukte. Het gros van de tijd gaat op aan overleggen en rapporteren. Ik ben als externe een generalist. De inhoudelijk experts zitten in de organisatie, ik zorg dat ik de juiste mensen aan elkaar koppel, dat ik de goede informatie van buiten haal en die binnen een project bespreekbaar maak, dat daar weer de juiste beslissingen in genomen kunnen worden zodat we samen verder komen in een proces.”
Welke projecten zitten in jouw portefeuille?
“Dat zijn onder meer ‘Aanpassing interne processen’, ‘Uniformering van documenten’ en ‘Legesverordening’.”
Mensen in beweging krijgen is belangrijk in jouw rol. Wat is daarvoor de sleutel?
“Ga maar bij jezelf na, als iets niet concreet is en er is geen urgentie, dan kom je niet snel in beweging. Daar werk ik aan. Dat begint met de goede stakeholders zoeken en die samen aan tafel brengen, dáár de urgentie aanwakkeren.”
Hoe ziet dat er concreet uit?
“Een voorbeeld: bij het project ‘interne processen’ bekijken we welke zaken er aangepast moeten worden zodat we straks soepel een proces kunnen doorlopen onder de Omgevingswet. Ik maak inzichtelijk welke veranderingen eraan komen. Ik merk vaak eerst een afwachtende houding in de organisatie, later komen mensen uit de organisatie dan zelf naar mij toe. Dát is voor mij het teken: ze voelen dat er voor hun taakgebied iets gaat veranderen. ‘Hoe gaat de samenwerking met het Digitaal stelsel Omgevingswet (DSO) vorm krijgen? Welke impact heeft het DSO voor ons?’ Dat soort vragen stellen ze dan. Daar maak ik uit op dat zij urgentie voor verandering voelen. Samen gaan we daar dan de antwoorden bij zoeken. Dat geeft mij veel werkplezier.”
Jij kijkt ook bij andere organisaties binnen; waar staat de OMWB op dit moment?
“In de samenwerkingsverbanden waar ook andere omgevingsdiensten en gemeenten in zitten, zie ik verschillende snelheden. Vergeleken met de andere omgevingsdiensten zit de OMWB bij een aantal deelprojecten in de kopgroep, bij andere weer in de middenmoot. Bij gemeenten zie ik een ander beeld: daar voel ik meer scepsis over (de datum van inwerkingtreding van) de Omgevingswet; door een afwachtende houding – bij sommigen instanties – voelen zij intern niet altijd de urgentie wat de veranderkracht niet helpt.”
Hoe ga jij om met de geluiden over uitstel?
“Of de wet uitgesteld zou moeten worden of niet, daar kun je lang over praten. Ik heb de instelling dat nu goed voorbereiden nooit verkeerd is, dus gewoon volle kracht doorgaan. Bij een project als ‘Legesverordening’ wordt die onzekerheid voelbaar. Want hoeveel aanvragen worden er straks gedaan als we met een andere systematiek gaan werken? Dat weet niemand. Wij geven bij de OMWB bij gemeenten eerlijk aan wat we wel weten, welke expertise er bij de OMWB zit voor een educated guess, met argumentatie erbij. Zo open mogelijk. Dat is mijns inziens de beste manier om het gesprek te voeren over de keuzes die we samen maken.”